zondag 27 juni 2010

zeilen; a way of life

Daar zeilde op de Noordzee,
de Noordzee wijd en koud,
een schip zo zwaar beladen
met 's werelds ijdel goud. 

" hoi Con, Dit weekend wordt het heel mooi weer, maar voor mijn boot geen wind (1) Er rust een vloek op onze zeilafspraak!"
zo meldde het smsje wat ik vrijdags kreeg. Maar ik was het daar niet helemaal mee eens. Ik had de keuze om thuis te blijven in een veel te heet appartement of toch te gaan. Ik vertelde hem dat ik gewoon kwam en dat we dan wel zouden zien. Eenmaal ter plekke had ik toch wel wat overredingskracht nodig om hem de trossen los te laten gooien en toch verder te gaan kijken dan een veel te hete haven. Een beetje in de kuip te kijken en gaar worden was niet helemaal wat ik voor ogen had. Mijn voorstel was om gewoon naar het IJ-meer te varen en daar voor anker te gaan. Daar zou in ieder geval iets meer wind zijn. De landtrossen werden dus losgegooid, maar in plaats van op het IJ oostwaarts te varen gingen we het Noordzee kanaal op. Volgens de schipper om iets verder voor anker te gaan. Maar we voeren en voeren. Langs de Coentunnel. We lieten Zaandam achter ons, passeerde de Amerika- en Afrikahaven. Bij Velsen de sluizen door en dan richting het Forteiland van IJmuiden. Hij stelde steeds zijn doel bij: Het werd de Noordzee. Daar was ik helemaal niet rauwig om en de schipper wist veel van de geschiedenis van deze omgeving te vertellen. "Dat halverwege de 19e eeuw, toen het plan ontstond om Amsterdam beter bereikbaar te maken vanaf de zee, het Noordzee kanaal werd gegraven. Bij de sluizen aan de Noordzee ontstond toen het dorpje IJmuiden. Oftewel 'muiden' betekent monding, dus monding aan het IJ. Tegelijkertijd nam ook de kwetsbaarheid van Amsterdam toe. Om zich tegen vijandelijk tuig te beschermen bouwden ze dus het Forteiland". Nu ik dit zo vanaf het water kon bewonderen leek me dat ook wel eens leuk om dit van dichtbij te gaan bekijken. Maar niet op deze zonovergoten en hete zondag. We voeren met zijn boot, een Colin Archer, de Noordzee op. Er was niet te veel gezegd: "Met deze zware boot wordt het pas leuk met windkracht 5" Het werd dus echt dobberen. Lekker op zee, beetje zeilen, beetje relaxen. Tegen het einde van de middag besloten we maar weer terug te gaan. De terugweg leek op zich sneller te gaan. Halve wind en motoren. Het enige wat er gedaan werd waren wat stuurcorrecties. Eenmaal weer terug in de haven werden we uitgenodigd voor een barbecue. In de ondergaande zon werden de kooltjes in een speciale "DoehetmaaroptdekBBQ" gedaan en werd er een heerlijke braai gehouden. Na het nuttigen van heerlijk lamsracks en zelfgemaakte saté kwam er een akoestische gitaar bij. Deze werd gestemd en even later zochten de flamenco tonen de wijdte van het IJ op. Naarmate het verder donker werd volgden de zeemansliederen en er werd uit volle borst meegezongen, zover de teksten werden gekend. Met een wijntje, olijven en kaas erbij kwam men wel los. De sfeer was goed en de entourage geweldig. Eigenlijk had ik gewild dat ik de dag erop niet had hoeven werken... maar de klok tikt door en het werd op een gegeven ogenblik echt tijd om afscheid te nemen. De anderen achterlatend. Onderweg naar huis dacht ik: "Het lijkt me op zulke momenten heerlijk om een zeilboot te wonen", maar of dat altijd leuk is dat vraag ik me af.

donderdag 24 juni 2010

Tweede zeezeilles

Een schip is veilig in de haven, maar daarvoor wordt het niet gebouwd.


Mijn poging om te gaan zeezeilen was de laatste paar keren al behoorlijk in de kiem gesmoord. Ik had me opgegeven voor de eerste groep "after work sailing" Maar omdat ik nog bang was dat ik het niet zo goed zo kunnen, heb ik toentertijd besloten om nog een aantal keer aan boord te stappen bij iemand waar het me meer veilig leek. Waar ik na mijn gevoel fouten mocht maken. Ondanks dat hij de lat soms wel erg hoog legde, voelde het veilig. Maar de angst om daadwerkelijk ook wat te doen blokkeerde me ook weer. Zo erg dat ik besloten had niet meer zo snel ergens aan boord te stappen. Bang om fouten te maken. De zeezeillessen waren betaald en ik als echt "Veluws meisje" vond dat ik dan ook maar moest gaan. De eerste keer moest ik wachten tot kwart voor 8 voordat de andere cursiste kwam. Op een klein bootje met windkracht 5 en toch wel hoge golven gingen we zeilen. Eenmaal op zee viel de angst van me af en beleefde de pracht van het zeilen, maar nog wel steeds bang om fouten te maken. Toen werden steeds avonden afgezegd. Ik begon me daadwerkelijk af te vragen of ik nu wel door moest gaan met zeilen. Had ik de lat voor mezelf niet weer eens veel te hoog gelegd? Na twee keer te zijn opgestapt met nauwelijks wind en een toch wel aparte sfeer aan boord, dacht ik zelfs ik kap ermee. Maar ergens bleef het kriebelen. Toch maar weer met de zeezeilschool gebeld en ja hoor ik kon zowaar op de maandagavonden in een klasje stappen. Maandag de 21 juni zou de eerste avond zijn. Vol goede moed vertrok ik om half 5 richting Scheveningen. Op de plaats van bestemming wisten ze van niets en ik dacht echt: "Ik ga nu kappen! vraag me geld terug, want het wordt niets". Maar al snel met wat heen en weer gebel was het in orde. Ik mocht meedoen. Deze keer stapten we na de briefing en kennismaking op een Bavaria 38. Het werd al snel duidelijk. Ik was degene met de meeste zeilervaring, dus ik moest als een echte schipper commando's geven om de box uit te varen. Dit had ik wel vaker gedaan, maar zeker niet mijn sterkste kant. Heel snel ging het door mijn hoofd heen? "Wil ik dit wel?" Angst sloeg toe vanuit vorige ervaringen. Weer bang om fouten te maken. Ik meldde het aan onze instructeur dat ik dat best wel wilde doen, maar wanneer het mis dreigde te gaan dat hij zou ingrijpen. Heel resoluut antwoordde hij: "Het gaat niet mis, doe maar gewoon!" Dus daar gingen we. Heel soepel. Ik gaf aanwijzingen en even later voeren we de haven uit. In de tweede haven gingen we wat manoeuvres doen. Hij gaf aan dat je een boot beter achteruit in kon varen in de box. Ik zou dan meer zicht hebben op wat er dichtbij gebeurde en snel in zijn vooruit ging eenmaal sneller dan in zijn achteruit. Eenmaal op zee hadden we te maken met nog een stevig golf van behoorlijk onstuimig weer van een aantal dagen ervoor. Er stond zo'n 16 knopen wind en we zeilden heerlijk. Alleen werden de twee andere cursisten steeds witter  om de neus en het duurde niet lang of de vissen werden gevoerd. Ze wilden niet meer aan het roer. Op de vraag of ze terug wilden, was dat nog niet nodig.
Net voor de kust van Scheveningen liggen 4 boeien. 2 kardinale boeien en 2 gele boeien. Er stond die avond een NO wind. En de opdracht was strak langs de boeien te varen en ze aan bakboord te houden. We voeren ruime wind richting eerste ton met een koers van 90. Toen we in de richting kwamen moest ik flink nadenken wat de boot zou gaan doen. We gaan gijpen riep ik precies op tijd. Klaar! Heel rustig voer ik om de betonning heen. Ik lette goed op dat de giek rustig over kwam. De genua werd aangetrokken en we konden een nieuw koers varen. Ik kreeg de opdracht en aanwijzingen om goed naar de bolling van mijn zeilen te blijven letten. Aan de wind voeren we naar de volgende ton. Bij die ton begon ik te twijfelen. gijpen of overstag? Ik sprak mijn twijfel uit. Je hoeft alleen iets hoger aan de wind gaan varen, dus wat betekent dat voor je zeilen? Langzaamaan begon ik het te begrijpen... Althans toen we naar de laatste ton moesten dacht ik: "En nu?" De opdracht was er zo strak mogelijk langs heen, maar goed we zitten in een zeilboot en als je een rondje vaart om betonning, dan betekent het een keer dat je een niet te bezeilen stuk op moet. Vragend keek ik m aan. Dat kun je nu wel willen, maar dat gaat niet lukken zei ik. Ik kreeg zowaar gelijk, maar waar ik al bang voor was kreeg ik gelijk de vraag en wat nu? Gelukkig hielp hij direct. Hij wees naar het windvaantje en zei dat ik zover moest varen dat ik het hoog aan de wind die koers kon bevaren, dus bepaal zelf maar wanneer dat is. Iets te laat gaf ik de opdracht, maar al snel gingen we het laatste stukje met 7,5 knopen, de boot schuin door de golven heen naar de laatste boei. Ik had er 11 minuten over gedaan en met de uitdaging mijn tijd de volgende keren te gaan verbeteren gingen we verder. Het laatste stukje wilde hij dat ik nog een keer alle snelheid uit de boot zou halen. We voeren aan de wind en we haalden ruim 7,5 knopen. Toen kreeg ik de opdracht om overstag te gaan, zonder al te veel aan snelheid in te boeten. Het ging geweldig. Met een hele snelle overstag manoeuvre verloren we nauwelijks snelheid.  Ik lag direct weer op koers. Ik kreeg een high-five... Langzamerhand gaat het steeds beter... De volgende keer gaan we een koers uitzetten en zal ik nog meer schipper moeten zijn. Best spannend, maar ik heb er wel weer in in. 

zondag 20 juni 2010

Een nieuwe uitdaging?

"There's no thrill in easy sailing when the skies are clear and blue, there's no joy in merely doing things which any one can do. But there is some satisfaction that is mighty sweet to take, when you reach a destination that you never thought you'd made”

De laatste paar keer dat ik aan het zeilen ben geweest was er niet of nauwelijks wind. Dan is het leuk om aan boord te zijn, maar niet echt voor de kick. Ik zoek op zich altijd wel iets meer uitdaging, dan varen op een spiegelgladde Noordzee of IJsselmeer. Uitdagingen aangaan omdat ik iets graag wil, om mezelf te verbeteren in wat ik nog niet kan. En het zeilen wil ik natuurlijk heel graag beter kunnen. Toch ben ik bang om fouten te maken en ik merk dat het me blokkeert. Ik realiseer me wel dat ik bij rustig weer het is toch wel heerlijk vind om te varen. Het is namelijk ook wel geruststellend, want de kans dat ik dan aan boord fouten maak is gering. Een heleboel zaken spelen in mijn hoofd af, voordat ik durf te handelen. Ik weet het wel, maar als het erop aan komt, dan zie ik mezelf fouten maken. "Is dat juist omdat ik geen fouten wil maken?" vraag ik me dan af. "Leg ik die lat niet veel te hoog?" Menigmaal is er tegen me gezegd: "Houd eens op met denken en ga gewoon eens zeilen" En dan blokkeer ik, want hoe moest ik dat nou weer doen: 'Niet denken, maar voelen en daarna handelen'. Het meest opvallende was wel de eerste keer zeilen op zeezeilschool. Hier mocht ik mijn inziens fouten maken, omdat het een zeezeilschool is. Hier kom ik om te leren en dan opeens gaat het wel goed. Wanneer het wat dichterbij komt dan voel ik me opeens kwetsbaar en dan wil ik het gewoon perfect doen. Ik wil dan juist niet falen, maar zoals het behoort te gaan in een self fullfilling prophecy gaat het hier in beginsel natuurlijk al fout. De muur wordt opgetrokken. Steeds meer word ik me bewust dat door het optrekken van die muur vaak de basis ligt van een heleboel zaken die me op dit moment bezig houden. Niet alleen met zeilen, maar ook met mijn studie, met mijn werk en ga zo maar verder. Zeilen blijf ik doen, maar nu even niet meer de lat zo hoog leggen. Een nieuwe uitdaging: "Ik mag fouten maken..., want met muren om me heen is het zo lastig bewegen"